Fijne lokše - bijgerecht bij de eend of de gebraden gans

Kookinstructies

We schillen de aardappelen, snijden ze en koken ze in water met zout, waarbij we een beetje komijn toevoegen. Na het koken gieten we het water af en laten we de aardappelen afkoelen.

De warme aardappelen stampen we met een stamper. Het is niet erg als er kleine stukjes of een paar zaden van komijn in blijven zitten, integendeel, dat is nodig.

Op het werkblad strooien we bloem, mengen het met zout en voegen de gestampte, lauwwarme aardappelen toe. We maken een halfvaste, maar tegelijkertijd elastische deeg. Sommige aardappelen kunnen meer bloem opnemen, dus schroom niet om meer toe te voegen. Van het deeg vormen we een rol met een diameter van 6 cm en snijden deze in schijven van 1,5 cm dik. Het deeg mag niet rekken of samentrekken tijdens het uitrollen.

Als we niet zeker zijn hoeveel bloem we moeten gebruiken, maken we een testpannenkoek. Deze mag niet aan het werkblad plakken of scheuren. Als dat wel gebeurt, voegen we meer bloem aan het deeg toe.

We verhitten een teflonpan en beginnen pannenkoeken te vormen. We strooien wat bloem op het oppervlak en rollen tot een dikte van ongeveer 3 mm, niet minder. Nu kunnen we stukjes aardappel in het deeg zien die de pannenkoeken een beetje luchtiger maken. Druk niet op de werkbank! Rol voorzichtig.

Op een hete, droge pan leggen we de pannenkoek en bakken deze tot er bruine blaasjes op het oppervlak verschijnen en de pannenkoek lichtjes opbolt. Vervolgens draaien we hem om en bakken op dezelfde manier aan de andere kant. Het is het beste om de pannenkoeken op een lager vuur te bakken.

In de pan smelten we boter in ganzenvet, mengen goed door en bestrijken de hete pannenkoek op het bord aan beide kanten met een overvloedige hoeveelheid van dit mengsel met een kwastje. Lokše zijn fijn, zacht en gemakkelijk om af te bijten.

In de lokše kan een vulling van kippenlevers worden gedaan. Eerst ontdoen we de lever van vliezen en snijden we deze in stukken.

In de pan verwarmen we olie en bakken we de gesneden ui. Vervolgens voegen we de lever toe en bakken we deze totdat ze ook van binnen goed doorbakken is na het doorknippen.

Bij voortdurend roeren voegen we peper en majoraan toe. We halen van het vuur, laten afkoelen en dan voegen we zout toe.

In de keukenmachine mixen we het tot een pâté met de olie uit de pan. De hete lokše die we hebben ingestreken vullen we direct na het bakken en rollen we lichtjes op. Op één stuk gebruiken we ongeveer 3 theelepels vulling, dat is genoeg zodat ze niet te zwaar en verzadigend zijn.