Louises appeltaart

Zet in 10 stappen deze heerlijke Louises appeltaart op tafel.

1. Verwarm de oven voor op ± 175°C (afhankelijk van je oven).
2. Vet de springvorm in en bekleed deze met bakpapier.
3. Rasp de schil van de goed schoongemaakte citroen en pers het sap uit. Doe de krenten en rozijnen in een kom en giet er ongeveer een deciliter water overheen.
4. Zeef het bakmeel in een kom. Snijd de (ijskoude) boter in kleine stukjes met twee messen en voeg daarna 150 gram basterdsuiker toe. Strooi de geraspte citroenschil over het mengsel. Wrijf alles tot een kruimelige massa.
5. Klop het ei los en schep 3/4 ervan bij het deeg. Kneed het mengsel tot een soepel deeg of laat de keukenmachine het werk doen. Verpak het deeg in huishoudfolie en leg het minstens 30 minuten in de koelkast.
6. Als je de vorm nog niet hebt bekleed met deeg, doe dit nu. Snijd 1/3 gedeelte van het deeg af en verpak dit in folie. Laat het deeg 30 minuten (afgedekt) in de koelkast rusten.
7. Schil de appels en snijd ze in stukjes. Meng de appels met het citroensap, 75 gram basterdsuiker, 2 eetlepels custardpoeder, de geweekte krenten en rozijnen en de volle eetlepel kaneel.
8. Haal het deeg uit de koelkast en rol het grootste deel uit op een met bloem bestoven aanrecht tot een ronde lap van ongeveer 32 centimeter doorsnee. Druk het deeg tegen de bodem en wanden van de springvorm. Smeer eventueel wat abrikozenjam op de bodem of verdeel er de amandelspijs over.
9. Schep het appelmengsel in de vorm en rol het achtergehouden deeg uit. Snijd er repen van en leg ze in ruitpatroon over de appelen. Dek de rand af met een lange reep deeg en druk deze aan. Kwast het deeg in met het overgebleven losgeklopte ei.
10. Bak de taart in het midden van de oven gedurende ± 1 uur goudbruin. Haal de taart uit de oven en kwast hem in met wat verwarmde en gemengde abrikozenjam voor een glanzend resultaat.