Makkelijke nasi goreng

Zet in 4 stappen deze heerlijke Makkelijke nasi goreng op tafel.

1. Kook de rijst gaar volgens de bereidingswijze op de verpakking. Het liefst een dag van te voren. De rijst is makkelijker te bakken als deze koud is.
2. Nasi goreng: Pel en snijd de ui in halve ringen. Halveer de prei in de lengte en snijd de prei in halve ringen. Halveer de paprika in de lengte, verwijder de zaadlijsten en snijd de paprika in blokjes. Snijd het onderste van de paksoi. Snijd het groen van de paksoi en houd apart. Snijd het wit van de paksoi in halve reepjes. Verhit een scheutje olie in een wokpan en fruit de ui, kurkuma en komijnpoeder circa 2 minuten. Voeg de prei, paprika en de paksoi toe en roerbak circa 6 minuten. Voeg de rijst en het groen van de paksoi toe en bak circa 4 minuten mee. Roer de ketjap manis erdoor en breng op smaak met een beetje peper.
3. Hete eieren: Zet de eieren op in een pan met koud water en kook ze in 8 minuten hard. Giet ze af en laat ze schrikken in koud water. Pel de eieren. Verhit een scheutje olie in een pan en fruit de sambal circa 2 minuten. Voeg de eieren toe en bak circa 4 minuten.
4. Pindasaus: Breng het water in een pan aan de kook en roer met een garde de pindakaas, ketjap, suiker en sambal erdoor. Breng het geheel langzaam en al roerend aan de kook tot de pindakaas volledig is opgelost. Indien de pindasaus te dik is, verdun met nog een scheutje water.