Bereidingswijze
Zet in 5 stappen deze heerlijke Babi pangang met nasi goreng op tafel.
- Snijd 600 gram speklappen in reepjes. Kook de speklapreepjes kort in zacht kokend water, ongeveer 2 minuten. Laat de speklapjes afkoelen en wrijf ze in naar eigen smaak met ketoembar en Chinese vijfkruidenpoeder.
- Maak een marinade van 100 ml ketjap manis, 200 ml olie, een flinke scheut citroensap, 2 fijngehakte teentjes knoflook, zout en peper. Marineer hierin de speklapjes voor minstens 4 uur.
- Verwarm de oven voor op 180 graden. Doe de gemarineerde speklapjes in een ovenschaal en zet de ovenschaal ongeveer 20 minuten in de voorverwarmde oven. Serveer met babi pangangsaus.
- Voor de babi pangangsaus: Meng 200 ml tomatenketchup, 1 scheut chilisaus, 1 eetlepel witte wijnazijn, 4 eetlepels gembersiroop, 3 eetlepels ketjap manis, 1 eetlepel lichtbruine basterdsuiker en wat peper naar smaak goed door elkaar. Verwarm de saus op laag vuur.
- Voor de nasi goreng: Kook 200 gram rijst volgens de aanwijzingen op de verpakking. Maak een boemboe in de keukenmachine van 1 ui, 3 teentjes knoflook, 1 theelepel sambal en serehpoeder. Bak de boemboe in de hete olie tot het geurt. Voeg 1 losgeklopt ei toe en roerbak tot het gestold is. Voeg de gekookte rijst, 3 in ringen gesneden bosuien en 1 eetlepel ketjap manis toe. Roerbak tot het goed warm is.